Met ingang van 2017 is het verplicht om in deze paragraaf inzicht te geven in de mate van kostendekkendheid van de heffingen.
Voor de toerekening van de overhead zijn twee verdeelsleutels toegestaan, namelijk de loonkosten per taakveld of de omvang per taakveld. Wij kiezen voor de loonkosten. In de meeste gevallen bepalen de loonkosten namelijk het grootste deel van het tarief.
De politieke en publieke vraag naar verantwoording van de tarieven maakt dat de kostendekking in de belangstelling staat. Het tarief voor een product moet op een inzichtelijke manier worden samengesteld uit de lasten en de baten uit de primaire begroting. Dit maakt de afwegingen helderder en daarmee ook de besluitvorming. Niet alleen in het belang van de gemeente maar ook naar de inwoners toe.
Tarieven mogen op begrotingsbasis maximaal 100% dekking geven. Is dit nog niet bereikt dan is er ruimte voor verhoging van de tarieven. Omdat echter de kostentoerekening grotendeels gebaseerd is op jurisprudentie is een exacte kostendekking van 100% niet zonder risico. Nieuwe jurisprudentie kan wijzigingen geven in de berekening van de kostentoerekening, waardoor de maximale kostendekking overschreden wordt. Dit risico kan worden opgevangen door (iets) onder de maximale dekking te blijven.
Bij de vaststelling van de kostendekking is gebruik van modellen. Er is geen voorgeschreven lijst van de toe te rekenen baten en lasten. Er zijn alleen richtlijnen die voor een groot deel uit de jurisprudentie voort komt.
Ook voor het jaar 2018 is een onderzoek gehouden naar de mate van kostendekking van de gemeentelijke tarieven. Voor drie titels is de kostendekking berekend. Deze titels zijn:
- titel 1: algemene dienstverlening / leges
- titel 2: leefomgeving / omgevingsvergunning
- titel 3: evenementen (o.a. horeca e.d.)
De kostendekking van deze titels is als volgt:
titel | lasten | baten | percentage 2018 | percentage 2017 |
1: algemene dienstverlening / leges | € 355.243 | € 309.215 | 87,0% | 79,2% |
2: leefomgeving / omgevingsvergunning | € 534.022 | € 435.098 | 81,5% | 73,7% |
3: evenementen (horeca e.d.) | € 2.004 | € 496 | 24,8% | 22,5% |
€ 744.809 | 83,6% | 76,0% |
Titel 3 bestaat voor het grootste deel uit vergunningen voor evenementen. Vanwege de maatschappelijke betekenis daarvan is een volledige kostendekking niet gewenst.
De kostendekkendheid van de begraafplaatsen, de rioolheffing en de afvalstoffenheffing is in vergelijking met 2017 eveneens toegenomen. De ontwikkeling van de kostendekking is in onderstaand overzicht weergegeven.
omschrijving | lasten | baten | percentage 2018 | percentage 2017 |
begraafplaatsen | € 120.478 | € 62.514 | 51,9% | 41,4% |
rioolheffing | € 1.395.869 | € 1.395.869 | 100,0% | 99,4% |
afvalstoffenheffing | € 2.898.405 | € 2.898.409 | 100,0% | 96,4% |
Hoewel de kostendekking voor het jaar 2018 ten opzichte van het begrotingsjaar 2017 is toegenomen is het uitgangspunt van het beleid om te komen tot een volledige kostendekking nog niet geheel gerealiseerd.
De totale lasten bij de bij de kostendekkendheid betrokken belastingen, heffingen en retributies bedragen ruim € 5,3 miljoen. Het totaal van de opbrengsten bedraagt € 5,1 miljoen. Totaal gezien is er sprake van een kostendekking van 96,1%.